Dat google ik even. En dan?
20 feitjes over internet. Waar of niet waar?
‘Ja! Echt waar! Mijn vader zei het zelf, dus!’
Misschien had jij vroeger ook zo’n vader. Wat hij zei was hoe dan ook waar. Want als je váder het zei, was het gewoon zo. En dat hij ook wel eens ongelijk had of misschien zélfs een keertje loog…ondenkbaar.
Voor veel kinderen is alles wat op internet staat gewoonweg waar. Het stáát er toch? (Hij zegt het zelluf!). Maar helaas zijn niet alle websites even betrouwbaar. En is het belangrijk dat kinderen leren kritisch te worden als ze op Vadertje Internet informatie zoeken. Niet alles wat hij zegt is waar.
Zo zoek je dat
Informatievaardigheden is niet voor niets één van de competenties van digitale geletterdheid. Er is zo ontzettend veel informatie beschikbaar, dat je daar niet zonder meer je weg in vindt. Controleren, meerdere bronnen raadplegen en de betrouwbaarheid van de bron leren beoordelen zijn een paar tools om goede informatie te vinden. Want zo vanzelfsprekend is dat nog niet.
Tot op de bodem!
We geven hieronder 20 feitjes over internet. Aan je leerlingen de taak uit te zoeken of het waar is of niet waar.
Stap 1: Begin met een kringgesprek over het onderwerp. Wie denkt dat het waar is? En waarom? Zo activeren ze voorkennis én leren ze argumenten verwoorden.
Stap 2: Laat je leerlingen zoeken op internet. Hoe zoeken ze naar informatie? Hoe komen ze op een antwoord? Wanneer vertrouwen ze het wel of niet?
Tips voor oefenen met informatie zoeken? Bekijk deze handleiding eens!
Hier zijn ze: 20 feitjes over internet. Waar of niet waar?
- Het internet weegt evenveel als een aardbei.
- Ongeveer 80% van alle mensen op de wereld heeft toegang tot het internet.
- De allereerste video op YouTube was een toespraak van de Amerikaanse president George W. Bush.
- Jaarlijks overlijden meer mensen bij het maken van een selfie dan door aanvallen van haaien.
- Als je drinken over je laptop hebt gegooid, kun je hem afdrogen en weer aanzetten.
- Het internet werd voor het eerst gebruikt op een universiteit.
- Over tien jaar is het internet vol.
- Een computerscherm is slecht voor je ogen.
- In heel Europa gebruikt iedereen hetzelfde toetsenbord.
- E-mail bestond eerder dan het World Wide Web.
- Als je iemand filmt en het filmpje op TikTok zet, kun je een boete krijgen.
- Social media worden expres verslavend gemaakt, zodat je er zo lang mogelijk mee bezig blijft.
- Er zijn speciale brillen voor achter een beeldscherm.
- Kinderen van nu spelen minder buiten dan toen er nog geen internet was.
- Het gebruik van een mobiele telefoon kost minder stroom dan een koelkast.
- De maker van Mario Kart heeft ook de Wii uitgevonden.
- In een dorp in India gaat elke avond een alarm af en dan moet iedereen al zijn devices uitzetten.
- Hacken is altijd strafbaar.
- Appen in bed heeft geen invloed op hoe goed je slaapt.
- Voor gratis online spelletjes betaal je eigenlijk tóch.
lees verder onder deze leestips
vervolg van het blog
En hier zijn de antwoorden!
Bij elk antwoord staat een voorbeeld van een bron, maar er zijn natuurlijk meerdere bronnen te vinden.
- Waar. De informatie op internet wordt vastgehouden door miljarden elektronen. Deze wegen bij elkaar ongeveer 50 gram. Er is wel discussie over het verschil tussen hoeveel het systeem weegt en hoeveel de informatie op internet weegt.
- Niet waar. Een derde van de mensen heeft geen toegang tot internet. Er zijn andere getallen, maar dit cijfer is natuurlijk elk jaar anders. Dit komt doordat steeds meer mensen internet krijgen.
- Niet waar. Het was een filmpje over olifanten in een dierentuin.
- Waar. Mensen die een selfie maken hebben soms niet in de gaten hoe gevaarlijk de situatie is.
- Niet waar. Het is zelfs levensgevaarlijk om dit te doen. Stroom en water samen kan kortsluiting geven. Je moet hem dus eerst heel goed laten drogen.
- Waar. In Amerika werd in 1969 tussen twee universiteiten voor het eerst een bericht verstuurd via internet.
- Niet waar. Internet wordt namelijk steeds groter gemaakt. De servers worden uitgebreid en er worden constant nieuwe data-centra gebouwd om al onze bestanden op te slaan. Natuurlijk kun je je afvragen of daar uiteindelijk niet een grens aan zit.
- Waar. Achter een computer knipperen mensen veel minder vaak dan gewoon. Hierdoor worden je ogen te droog en kunnen ze zeer gaan doen. Ook kijk je te veel naar dezelfde afstand. Hierdoor kun je bijziend worden.
- Niet waar. In België en Frankrijk wordt bijvoorbeeld een ander toetsenbord gebruikt. Er zijn overigens nog veel meer toetsenborden, zoals Chinees, Japans en Arabisch.
- Waar. De eerste communicatie tussen computers was een bericht dat van de ene naar de andere computer werd gestuurd. Internet waar iedereen kan surfen kwam pas veel later.
- Waar. Al is de kans niet heel groot. Als je geen toestemming van diegene hebt om de beelden waar hij/zij op te zien is te publiceren, kan iemand je wel aanklagen. Of iemand écht strafbaar is heeft met de omstandigheden te maken.
- Waar. Ontwikkelaars zetten psychologische kennis in om hun app verslavend te maken.
- Waar. Er bestaan speciale computerbrillen en zogenaamde blauwfilterbrillen. Computerbrillen zorgen ervoor dat je beter achter je beeldscherm zit. Blauwfilterbrillen zouden ervoor zorgen dat je minder last hebt van het blauwe licht van beeldschermen. Het is echter niet bewezen dat het werkt.
- Niet waar. Als je het gebruik van servers meeneemt, verbruikt je smartphone meer.
- Niet waar. Hij heeft wel meegeholpen aan de ontwikkeling van de afstandsbediening.
- Waar.
- Niet waar. Er worden bijvoorbeeld ook hackers ingehuurd om te kijken waar de zwakke plekken zitten in online beveiliging, zodat de makers van deze website hem veiliger kunnen maken.
- Niet waar. Het blauwe licht van je telefoon zorgt ervoor dat je hersenen denken dat het dag is. Het wordt dan moeilijker om in slaap te vallen. Ook kunnen de meldingen van je telefoon je uit je slaap houden.
- Waar. Als je online niet hoeft te betalen, dan betaal je meestal met je aandacht. Het is de bedoeling dat je ergens naartoe gaat of iets koopt. Daarom zie je zo veel reclame op gratis spelletjes- of nieuwssites.
Reacties